Bewoners van ReVa Groen en Duurzaam Cultuur, Sport en Religie Zorg, Hulp en Welzijn Veiligheid en Verkeer Wonen, Leren en Werken Gemeente en Politiek Geschiedenis van ReVa

Hoe Conné Klem naar het Regentessekwartier kwam

Foto: Jacques Rijnsburger

Toen Conné Klem negen jaar was, kreeg hij polio. Het was 1963. Hij woonde met zijn moeder en oma in Middelharnis op Goeree-Overflakkee. Polio is een gevaarlijke ziekte, waardoor je ernstige verlammingsverschijnselen kunt krijgen of aan kunt overlijden. Conné kwam driekwart jaar in het Zuiderziekenhuis in Rotterdam terecht.

IJzeren long
Om zijn adem aan de gang te houden, moest hij een groot deel van deze tijd in een zogenaamde ‘ijzeren long’ liggen. Voor zijn moeder (en oma) was de reis van Middelharnis naar Rotterdam toentertijd steeds een hele opgave. Conné: “Maar zelfs de burgemeester van Middelharnis kwam een keer langs. In die gemeenschap kende iedereen elkaar.”
Het ging beter, hij ging zelfstandig ademen en de arts in Rotterdam feliciteerde zijn moeder: Conné was erdoorheen gekomen. “Mijn moeder ontving die felicitatie met gemengde gevoelens, want ik was verder nog steeds verlamd. Achteraf begrijp ik die arts wel: het had allemaal nog veel erger kunnen uitpakken. Je kon ook je hele leven aan de beademing moeten blijven.”

AWBZ
Hij ging naar het Bio Herstellingsoord in Arnhem. Er volgde jarenlang een uitgebreid  revalidatietraject om Conné’s spieren weer aan de gang te krijgen. In het herstellingsoord kreeg hij ook weer onderwijs, driekwart jaar had ook dat stilgelegen. Conné zag het leven weer zitten. Zijn moeder en oma verhuisden mee naar Arnhem en kwamen daar op kamers wonen. Oma had haar huis verkocht en van dat geld en van oma’s AOW leefden ze en betaalden ze de behandeling van Conné. “Tot de AWBZ in ‘68 werd ingevoerd, een prachtige wet die een grote financiële steun was voor mensen met een beperking zoals ik (Conné heeft nooit meer kunnen lopen – red.). Verder verdiende moeder er af en toe een beetje bij met zangoptredens (ze had conservatorium gedaan) en schoonmaak- en oppasklusjes. Moeder en oma vonden het geweldig in Arnhem! Ik maakte mijn middelbare school af en ging Nederlands Recht studeren in Nijmegen. Van het GAK kreeg ik een aangepaste auto in bruikleen en in ‘77 kreeg ik mijn eerste aangepaste woning.”

De Konkreet
“Een topjaar was 1989. Ik kreeg een nieuwe aangepaste auto, een aangepaste woning in Den Haag én ik ontving mijn bul. En het was ook nog eens aldoor mooi weer! Hoe ik in Den Haag terecht kwam? Die stad sprak me erg aan: mijn oom en tante woonden in de buurt van Den Haag en hier zou ik ook gemakkelijker aan een baan kunnen komen. Vooral het Regentessekwartier vond ik aantrekkelijk. Helaas bleek de lucht hier erg vervuild te zijn door de vuilverbranding; daar zou ik zeker last van krijgen. Ik zag ervan af. Maar – en hier komt het bijzondere: ik ontdekte dat er hier een wijkkrantje was, de Konkreet (voorganger van de KonkreetNieuws – red.), waarop ik me abonneerde en dat ik om de zoveel tijd in Arnhem ontving. Op een dag las ik dat de vuilverbranding zou verdwijnen! Dat motiveerde me om de stap te nemen hiernaartoe en te verhuizen naar een aangepaste (Fokus)-woning op het Kepplerplein. Mijn moeder verhuisde mee naar deze wijk. Ik vond een baan als jurist bij het Rijksvastgoedbedrijf en heb daar tot mijn pensioen gewerkt.”

Fijne wijk
“Intussen woon ik nu al 36 jaar hier en ik vind het een bijzonder fijne wijk, waar alles binnen bereik is. Mijn ochtenden verlopen volgens een vast ritueel: eerst naar café Emma voor mijn capuccino en om het financieel-economische nieuws te lezen. Dat ligt precies op de route naar de winkels in de Weimarstraat.”


Ontdek meer van KonkreetNieuws

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.