Bewoners van ReVa Groen en Duurzaam Cultuur, Sport en Religie Zorg, Hulp en Welzijn Veiligheid en Verkeer Wonen, Leren en Werken Gemeente en Politiek Geschiedenis van ReVa

‘Bellen en of kloppen’-actie Beeklaan levert een schat aan informatie op. Maar hoe nu verder?

Hans Noordermeer als wooncoach en Bram Kragtwijk, opbouwwerker van Wijkz, hebben hun woononderzoek aan de Beeklaan tussen Weimarstraat en Loosduinseweg en de zijstraatjes inmiddels afgerond. We spreken met Hans en wijkmanager Francien de Hoop over de ‘harde’ en ‘zachte’ resultaten van dit onderzoek. Over de cijfers, over de woonomstandigheden, huurniveau, eigenaarschap panden, sociale problematiek, verduurzaming, overlast en uitstraling, overige knelpunten en over hoe verder.

Harde cijfers

Dit deel van de wijk kent in totaal 438 adressen met kleinere en grotere appartementen en/of kamers. Hiervan vielen voor het onderzoek 105 adressen af, omdat die woningen/panden leeg stonden (16 panden), in de verkoop waren, verbouwd werden of er een winkel in gevestigd was. Er resteerden 330 woonadressen. Er zijn 140 gesprekken gevoerd en daarmee is er met 42% van de bewoners gesproken. In totaal zijn er 153 eigenaren en wonen 209 bewoners in een VvE, al of niet geformaliseerd. Er zijn 19 ‘grote’ eigenaren, die in totaal 158 panden in bezit hebben. Hoogte van de huren varieert van € 400 voor een kamer of mini-appartement tot € 2200 voor een opgeknapte woonruimte. Aan de hoge kant kun je zeggen.

Opvallende zaken

Opvallend zijn de vele nationaliteiten en het grote aantal bewoners die de Nederlandse taal niet beheersen. Zo zijn er veel Turks/Bulgaarse bewoners en mensen met een Oekraïense/Poolse achtergrond. Er wonen ook opvallend veel jonge mensen, met name in de zijstraatjes (‘enige verhipping’ noemt Hans dit), waarschijnlijk tijdelijk. Veel onderling contact tussen bewoners is er niet, al is er soms een buurtapp in een zijstraatje.

Dit wijkje is echt in transitie, veel mensen zijn ondanks alles (forse huren, slecht onderhouden huizen enzovoort) blij om in deze wijk te wonen en nemen veel ongemakken, zoals vuil op straat, te snel rijdend verkeer, voor lief. Men woont in de buurt van strand en centrum, er zijn winkels in de buurt en het ov is goed bereikbaar. Ze zijn wellicht op weg naar iets beters en dat is in de actuele nood aan huizen begrijpelijk.

De staat van onderhoud van veel panden is matig tot slecht, de mate van verduurzaming is laag, al geldt dit niet voor een aantal opgeknapte panden in de straat. De uitstraling van veel panden: verveloos, geen bellen, soms wel dubbel glas aan de voorkant, maar dan is de achterkant slecht en de isolatie in totaal matig. Hier is wellicht met ondersteuning resultaat te behalen. Bewoners stappen niet snel naar een huurteam, ondanks de slechte staat van onderhoud of een te hoge huur. Als je al blij bent met een woning, dan accepteer je soms veel en wil je geen gedoe met een huisbaas. En ook in een opgeknapte woning met een hoge huur is er blijkbaar weinig animo om die huur aan te vechten.

De sociale problematiek lijkt beperkt te zijn. Een aantal acute knelpunten is direct opgepakt, bewoners zijn verwezen naar Wijkz, de pandenbrigade, de transformatiemanager of naar Hof, de wooncorporatie van de nieuwbouw-huurappartementen aan de Beeklaan.

Hoe nu verder?

Met de geïnterviewde bewoners is afgesproken dat er een terugkoppeling komt via een bijeenkomst en een verslag. Die informatiebijeenkomst is er inmiddels op 27 november geweest voor de deelnemers aan het onderzoek, “zodat we nu een scherper beeld van de wensen van de deelnemers hebben en een beter inzicht in de eventueel ‘onjuiste’ bewoning, zoals voor- en achterwoningen op een etage en de al of niet legale splitsingen. Na deze bijeenkomst gaan we het gesprek aan met de eigenaren van de ‘niet pluis’ panden. Samen met de bewoners willen we bekijken hoe we contact onderhouden en hoe contact te leggen met nieuwe bewoners. Op verzoek kan de gemeente de eigenaren van de ‘niet pluis’ panden ondersteunen bij het verbeteren/verduurzamen en de uitstraling van deuren en bellen.” aldus Hans en Francien.

Kortom, nog veel te doen. Maar niet alles kan tegelijk, er moeten keuzes gemaakt worden. Het gehele proces levert trouwens veel ervaring op, die bruikbaar is voor de aanpak van andere prioritaire gebieden.

Tekst: Aad van Schie
Foto: Frits Rotteveel