Wacht bij halte Valkenboslaan op tram 2 en zie uit op een sinistere steenklomp waarop in kapitalen de belijdenis van 070Vastgoed prijkt: “Wij geloven in unieke woningen in de Valkenboskerk”. Wonen in een kerk! Bij god, mijn moeder had het niet geloofd! Als ik ‘n deur open liet vroeg ze: “Ben je in de kerk geboren?” Kerkdeuren stonden altijd open en mama kon niet tegen tocht. Tegenwoordig zitten ze op slot, dikwijls ook op zondag. Het idee dat mensen in een kerk wonen en er dus logischerwijs ook kunnen worden geboren, zou niet bij mijn moeder zijn opgekomen.
Het wederopbouwproject Moerwijk was mijn habitat. In een deel ervan, de kastelenbuurt, werden geen kastelen maar wel krappe woningen uit de grond gestampt. In het midden verrees een katholieke enclave: kerk, paterklooster, fraterhuis, jongensschool, meisjesschool. De nabloei van het rooms triomfalisme duurde echter maar kort. De wederopbouw verpauperde en wederafbraak werd onvermijdelijk. De verkommerde neoromaanse basiliek werd op het nippertje gered en opgewaardeerd tot appartementencomplex. Er omheen kwam vervangende woningbouw met stijlkenmerken van de voormalige kerk. Zo ontstond tussen de Erasmusweg en Overvoorde het wijkje ‘Kloosterburen’, een harmonieus architectonisch ensemble waar het prettig wonen is.
Veel Haagse kerken zijn al getransformeerd. De Heilige Martelaren van Gorcum kunnen thans in de aan hen gewijde kerk trampolinespringen. De ‘springkerk’ aan de Stadhouderslaan is gewild voor kinderpartijtjes. De Pauluskerk aan de Donker Curtiusstraat werd een wooncomplex. In de Pius X aan het Zonneoord vestigde zich een huisartsenpraktijk. De Jeruzalemkerk op het Pomonaplein herbergt buurtcafé Loft. De Theresiakerk aan de Apeldoornselaan wordt supermarkt, spijziging van het lichaam in plaats van voedsel voor de geest.
Het potentieel is groot. Slinkende geloofsgemeenschappen kreunen onder de lasten van mastodonten in neostijl en modernistische bouwvallen. De kerkgangers zouden zorgelozer zijn in een zaaltje bij Van der Valk. Bij de nazit koffie met appelgebak en verder geen omkijken.
Soms staat het nog op de gevel: Domus Dei, Gods Huis. Je krijgt de indruk dat de Oorspronkelijke Bewoner eenzaam is gestorven. Zijn praktisch ingestelde Zoon had een vooruitziende blik: “In het huis mijns Vaders zijn vele woningen” (Joh 14:2). Daar kon mijn moeder zich wel in vinden. 070Vastgoed is dus dubbel gelegitimeerd.
Bert de Croon