RUBRIEK: STRATEN EN HUN NAAMGEVER
De Marnixstraat ligt tussen de De Constant Rebecquestraat en de Waldeck Pyrmontkade. De straat is vernoemd naar Philip van Marnix, heer van Sint Aldegonde. Hij was theoloog, schrijver, staatsman en diplomaat. Maar niet de schrijver van het Wilhelmus, zoals wel wordt gezegd. Philip van Marnix wordt in 1540 geboren in Brussel. Hij groeit op in Brussel en reist voor zijn studie heel Europa door. Hij studeert onder andere in Leuven, Parijs en Genève: eerst rechten, later theologie. In Zwitserland krijgt hij onder meer les van Calvijn. Daar wordt hij overtuigd calvinist.
Opstand tegen Spanje
Van Marnix is klaar met zijn studie in 1561. In de Nederlanden is het in die tijd behoorlijk onrustig. Veel edelen zijn niet blij met de Spaanse koning Filips II, die in 1555 Karel V heeft opgevolgd. Onder Filips hebben de edelen minder zeggenschap. Ook zijn ze het niet eens met de harde manier waarop de Spanjaarden optreden tegen de Nederlandse protestanten, die ze als ketters zien. Na 4 jaar vertrekt Filips II naar Spanje. Zijn halfzus Margaretha van Parma benoemt hij als landvoogdes van de Nederlanden. Haar beleid zal later leiden tot de Tachtigjarige Oorlog (1568 – 1648).
Ballingschap
In 1566 bieden zo’n tweehonderd edelen, waaronder Van Marnix, een smeekschrift aan Margaretha van Parma aan. Zij vragen haar om de vervolging van protestanten te stoppen. Ze geeft toe, maar het is te laat. Op 10 augustus 1566, na een opruiende preek tegen de rooms-katholieke kerk, trekt een groep protestanten een klooster binnen en vernietigt er alle beelden. De beeldenstorm trekt van Vlaanderen, via Brabant, naar de Noordelijke Nederlanden. Filips II is woedend. Hij stuurt de hertog van Alva met een groot leger naar de Nederlanden om orde op zaken stellen. Veel edelen, waaronder Van Marnix, vluchten naar Duitsland of Engeland. In ballingschap schrijft Van Marnix zijn eerste satirische stukken tegen de rooms-katholieke kerk.
Diplomatieke missies
Ook de edelman Willem van Oranje is naar Duitsland gevlucht. Daar probeert hij een leger te verzamelen tegen de Spaanse overheersing. In 1571 treedt Van Marnix als diplomatiek gezant bij hem in dienst. Als cryptograaf ontcijfert hij versleutelde berichten van de Spanjaarden. Ook voert hij verschillende diplomatieke missies uit. Zo speelt hij een rol bij de ondertekening van de Pacificatie van Gent, een belangrijk moment in de Tachtigjarige Oorlog. In 1583 wordt Van Marnix burgemeester van Antwerpen. Na de val van Antwerpen trekt hij zich terug op zijn kasteel om te schrijven. In 1594 wordt hij gevraagd de bijbel te vertalen. Hiervoor verhuist hij naar Leiden, waar hij in 1598 overlijdt.
En het Wilhelmus?
Ons Wilhelmus is geschreven aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog, toen de Nederlandse gewesten in opstand kwamen tegen de Spaanse koning. Willem van Oranje werd het symbool van de opstand en het Wilhelmus het lijflied van zijn aanhangers. Lang werd gedacht dat Van Marnix het lied schreef. Hij werkte voor Willem van Oranje én was schrijver. Recent onderzoek wijst echter naar Petrus Daltheen. Deze dichter stond bekend om zijn psalmen, maar kreeg ook kritiek vanwege zijn ‘kreupelrijm’. Als je in de 16e eeuw ‘bloet’ op ‘doot’ liet rijmen, was je een tweederangs dichter. Logisch dat we hem liever niet zagen als de schrijver van ons volkslied. Maar dat is hij – waarschijnlijk – dus wel.
Tekst: Annemarie Piersma
Foto: Pinterest