Je wordt niet zomaar meester-vioolbouwer. Daar gaat een jarenlange scholing aan vooraf. Waarbij de vioolbouwer in veek landen praktijk opdoet. Hoe zo’n traject bijvoorbeeld verloopt, is te zien aan de loopbaan van onze enige vioolbouwer in de wijk, Katharina Meierott.
Katharina, geboren in Duitsland, wordt volgens het gildesysteem opgeleid. De liefde voor het vak krijgt ze mee van haar muzikale familie. Ze speelt van kleins af aan cello en weet al op jonge leeftijd dat ze strijkinstrumenten wil maken. Als 19-jarige leerling begint ze bij vioolbouwer Goldfuss in Regensburg en doorloopt met succes de vioolbouwschool in Mittenwald. Na haar examen zwerft ze jaren als gezel langs diverse ateliers (Wenen, New York, Japan, Den Haag). Katharina: “Het is erg interessant om te zien hoe men in de diverse ateliers zaken op verschillende manieren aanpakt”. Toen ze uiteindelijk in het atelier van Ulrike Wiebel in Leiden terechtkwam, had ze zoveel ervaring opgedaan dat ze daar kon worden klaargestoomd voor een eigen atelier. Dat opende ze in 1996 eerst in de Van Merlenstraat en vanaf 2013 zit ze aan de Laan van Meerdervoort 232-A.
Kennis delen
Haar meestertitel in het bouwen, repareren en restaureren van violen, alten en cello’s behaalt ze in 1998. Ze is lid van de Duitse Vioolbouw- en Stokkenbouwvereniging, waar ze jaarlijks haar vaardigheid bijhoudt, en van de Nederlandse Groep van Viool- en Strijkstokkenmakers. En geregeld delen vioolbouwers van over de hele wereld hun kennis.
Zolders
De coronacrisis heeft niet veel negatieve invloed op haar werk. “Eigenlijk juist niet: mensen hadden bijvoorbeeld tijd om hun zolders op te ruimen en te besluiten om die oude viool eens te laten opknappen.” Ze leeft mee met alle musici in onze wijk, die allemaal zo ontzettend graag willen spelen. Bijzonder ook, al die kleinschalige initiatieven van musici om toch een publiek te laten genieten van hun muzikale gaven.