Bewoners van ReVa Groen en Duurzaam Cultuur, Sport en Religie Zorg, Hulp en Welzijn Veiligheid en Verkeer Wonen, Leren en Werken Gemeente en Politiek Geschiedenis van ReVa

Haags vuil voor Drentse akkers

Een gevulde afvaltrein verlaat het Regentessekwartier, hier de Loosduinseweg overstekend. In dit geval naar de V.A.M. vestiging in Nuenen, 2 juli 1962.

Iedereen kent park De Verademing. Veel mensen weten nog dat op die plek de hoge schoorstenen van de Vuilverbranding stonden. Maar wie weet nog van de Haagse Afvaltreinen? Dat verhaal begint in 1929.

Compost voor schrale zandgronden

In dat jaar wordt door de ministeries van Landbouw en Binnenlandse zaken de N.V. V.A.M. opgericht. Doel is het grote aanbod huisvuil uit de grote steden in het Drentse Wijster en vanaf 1950 Nuenen) te verwerken tot compost, waarmee schrale zandgronden vruchtbaarder kunnen worden gemaakt. Met de Nederlandse Spoorwegen wordt een contract opgesteld om het vervoer voor de Vuil Afvoer Maatschappij te verzorgen. Den Haag zal als eerste stad zijn huisvuil, dat tot dan verbrand werd, in Wijster aanbieden.

Den Haag

In Den Haag zal een laadstation voor de afvalwagons moeten worden gebouwd, een industriespoortje loopt langs het spoor van tram 11 naar station Hollands Spoor. Januari 1931 arriveert een testwagon op het terrein aan de Loosduinseweg om de doelmatigheid te testen. Bij geschiktheid zullen later een zestigtal wagons van elk 100 m3 worden gebouwd.
In de nacht van 8 op 9 oktober 1931 rijdt de eerste V.A.M. afvaltrein vanaf het terrein van de gemeentereiniging naar het Drentse Wijster. Het betreft hier dan nog een test, de echte dienstregeling van ‘trein 4711’ gaat begin 1932 van start. In aanvang zal tweemaal per week een volgeladen trein Den Haag verlaten.

Wijster

In Wijster komt een losstation en een composteringsinstallatie. Op het losstation kunnen alle wagons middels een kantelbeweging via zijkleppen binnen een halve minuut geleegd worden. Het vuil stort enkele meters naar beneden, waarna het besprenkeld wordt met water en het composteringsproces begint. Dit proces duurt enkele maanden, waarbij een temperatuur van 70 tot 75 graden celsius bereikt wordt. Daarna zal de ruwe compost gescheiden worden van het niet verteerbare afval.

Gevonden voorwerpen

Er blijven dan ook nog dingen over in de categorie ‘gevonden voorwerpen’. Eenmaal per twee weken wordt er tussen Wijster en Den Haag gecommuniceerd om de ‘kleinoden’ weer bij de rechtmatige eigenaar te krijgen. Opmerkelijk is het verhaal van marktkoopman en voormalig midvoor van Scheveningen Holland Sport Wim Zwarts. Per ongeluk wordt eind oktober 1963 een geldtrommeltje met 4500 gulden met het huisvuil meegegeven. Eenmaal opgemerkt blijkt het geld al over de ‘Drentse akkers’ te zijn uitgezaaid. De familie Zwarts zoekt in eerste instantie vruchteloos, maar op 6 november weet Het Parool te melden dat mevrouw Zwarts na een week zoeken en graven het geld weer heeft gevonden. De munten zijn dan al ‘kokend heet’.

4,5 miljoen ton

In 1964 besluit de gemeente Den Haag tot de bouw van een vuilverbrandingsinstallatie, die in april 1968 door burgemeester Kolfschoten in proefbedrijf wordt gesteld. De nieuwe installatie behoort dan tot de grootste en modernste van Europa. Hiermee zal dan ook een eind komen aan het
treinvervoer van de grootste klant met vele kilo’s afval (160.000 ton in 1967) per jaar naar de V.A.M. In totaal hebben er dan zo’n 155.000 wagons met 4.5 miljoen ton afval het Regentessekwartier verlaten. Ook de vuilverbrander behoort nu tot opluchting van veel wijkbewoners alweer vele jaren tot het verleden. Het Haagse rest- en GFT-afval wordt tegenwoordig verwerkt door de AVR, nog deels voor compostering.

Tekst: Weimarchief Foto: J.W. Sluiter, NVBS-Railverzamelingen